Appel – Malus domestica ‘Radoux’

Dit is een heel oud ras dat voor de eerste maal vermeld is in 1873. Deze variëteit is ontwikkeld door M.M. Radoux, in Haccourt, ten noorden van Luik, waarschijnlijk rond het midden van de 19 eeuw of vroeger.

Het is een sterke groeier, mede afhankelijk van het type onderstam dat gebruikt is. De boom maakt een tamelijk steile tot matige brede kroon. De kruin is vrij dicht bebladerd. Het hout is vrij stevig. Door zijn sterke groei maken vooral jonge bomen lange, grotendeels kale takken. Veel buigen is daarom gewenst.

Het is een goed productieve boom, maar kent wel vaak beurtjaren.

De appels zijn niet zo geweldig groot en fel rood gekleurd. Ze zijn zoet-zuur,  knapperig met wit vruchtvlees. Begin oktober kunnen ze geplukt worden. Ze zijn redelijk goed te bewaren.

Dit ras is weinig tot matig gevoelig voor schurft, middelmatig gevoelig voor witziekte en kanker.

In ons voedselbos hebben we één halfstam van dit ras staan.