Appel – Malus domestica ‘Brabantse Bellefleur’

De appelboom Brabantse Bellefleur is een langzaam groeiende boom met een ronde kroon, bloeiend in april met kleine witte bloempjes. De appels zijn niet zo groot en iets onregelmatig van vorm. De kleur is geel met een mooie rode blos, iets vettige schil. Het is een stevige zacht-zure appel, iets aan de droge kant en kan gebruikt worden als handappel, moesappel of in de appeltaart verwerkt worden. De appels zijn tot in februari te bewaren.

De Brabantse Bellefleur heeft last van beurtjaren, uitdunnen in een vruchtbaar jaar voorkomt een onproduktief jaar erop. Deze boom is gevoelig voor bloedluis en vruchtboomkanker, maar op een niet te rijke grond valt dit over het algemeen heel erg mee.

De Brabantse Bellefleur is een zelfbestuiver en heeft dus geen andere appelbomen in de buurt nodig om appels te produceren. Een Zoete Kroon als bestuiver in de buurt geeft wel een hogere opbrengst. Verder is een Brabantse Bellefleur een goede bestuiver voor de Sterappel.

In ons voedselbos hebben we 9 stuks laagstam staan.